logo Algelun [MKB] Advies

Algelun's Archief

Met daarin o.m.:

  • eerdere columns
  • sociale innovatie in bedrijven
  • bevordering ondernemerschap
  • familiebedrijven
  • reviews en verwijzingen
  • (trend)studies
  • en zo voort…

Opzetten van Bedrijven InvesteringsZones (BIZ)

Achtergrond

Ons bureau begeleidt, ondersteunt en adviseert op meerdere plekken in Nederland ondernemers en gemeenten bij de opzet van BI-zones. Gemeenten kunnen dit mede mogelijk maken door de Experimentenwet BIZ uit mei 2009, die na verlenging tot 2015 geldigheid heeft. De Eerste Kamer heeft op 18 november 2014 het wetsvoorstel voor de vernieuwde BIZ als hamerstuk aangenomen (* zie noot onderaan webpagina).

Een BI-zone is een ondernemersfonds. Ondernemers besluiten samen een fonds in te stellen waaraan (binnen een gebied) alle ondernemers, die het zakelijk gebruik van onroerend goed hebben, verplicht bijdragen. Een gemeente stelt randvoorwaarden en int de bijdragen gelijk met de OZB. De opbrengsten draagt de gemeente af aan een BIZ-vereniging, die bepaalt waaraan het geld wordt uitgegeven. Zie voor meer informatie over de ontstaansgeschiedenis van BIZ ook: www.biz-nl.nl/  Let wel: deze site wordt kennelijk niet meer up-to-date gehouden.

Ons (advies)werk kan variëren van louter voorbereidend, of alleen de gemeentelijke procedure stroomlijnend, tot en met de daadwerkelijke en concrete opzet van zo’n BI-zone, zoals hieronder wordt beschreven.

Voorbereiding

Aan een gemeente wordt gevraagd of het gemeentebestuur een BI-zone wil ondersteunen. Als dit het geval is wordt onderzocht of er in een (van te voren door ondernemers bepaald) gebied draagvlak bestaat voor het opzetten van zo’n BIZ. In een dergelijk draagvlakonderzoek kunnen ondernemers aangeven dat zij welwillend staan ten opzichte van het opzetten van een BI-zone. Een positieve uitslag is voor een gemeente het startsein om de bestuurlijke randvoorwaarden voor een bepaalde BI-zone te creëren. Ongeacht de grootte van een bepaald bedrijventerrein (of delen daarvan), of de geografische bepaaldheid van het betreffende ondernemersgebied en andere, specifiek plaatselijke factoren: met behulp van de Wet op de BIZ stimuleren gemeenten met bestaande werkwijzen op een gerichte manier bepaalde gezamenlijke vormen van economische bedrijvigheid binnen het eigen grondgebied.

Gemeentelijke procedure

De initiatiefnemers sluiten een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente waarin afspraken worden gemaakt over de toekomstige samenwerking en de randvoorwaarden die het gemeentebestuur (i.c. het College van B&W) aan een BIZ stelt. De gemeenteraad stelt de  verordening van zo’n BI-zone vast. Deze verordening treedt pas in werking als een gemeentelijk draagvlakonderzoek aantoont dat het vereiste percentage ondernemers voorstander is van een dergelijke BIZ. De vereiste meerderheid wordt altijd bepaald door de volgende formule: minimaal 50% van de ondernemers moet zich uitspreken, waarvan tenminste 2/3 deel positief. De voorstanders moeten een OZB waarde vertegenwoordigen die hoger is dan die van de tegenstemmers.

Met het gemeentelijke organisatie-onderdeel Belastingen worden de deelnemende ondernemers geselecteerd, want het zakelijk gebruik voor de OZB is bij de opzet van een BI-zone leidend.

Gemeentelijke draagvlakmeting

De betrokken gemeente organiseert, uiteraard in goed overleg met de initiatiefnemende ondernemers, een draagvlakmeting voor de betreffende BI-zone. De telling van de meting wordt gecontroleerd door een notaris. Bij een positieve uitslag kan de BIZ in werking treden.

Karakterisering van onze bemoeienissen

De opzet van zo’n BI-zone vergt veel (voorbereidings)tijd, veel pushing power voor het creëren van draagvlak bij (vaak nogal individualistisch ingestelde) ondernemers en specifieke deskundigheid (o.m. voor overleg met gemeenten). Daarnaast moeten soms substantiële geldstromen adequaat worden gekanaliseerd. En soms moet zelfs bepaalde plaatselijke vriendjespolitiek worden tegengegaan.

Voor het realiseren van een BIZ is niet alleen een hoge mate van betrokkenheid nodig van een substantieel deel van de ondernemers in een bepaald gebied, maar de betreffende ondernemers moeten vaak eerst nog warm worden gemaakt voor de voordelen van zo’n BI-zone. Daarna vindt er veelal een inventarisatie plaats van de wensen, verwachtingen en eisen van de betrokken ondernemers betreffende hun werkgebied. Die wensen, verwachtingen en eisen kunnen variëren van beveiliging, speciaal werknemersvervoer, bovenmatig groenonderhoud, gezamenlijke promotie, gezamenlijke marketing, bevordering van de economische bedrijvigheid voor een lokaal specifieke branche, parkmanagement van een gezamenlijk bedrijventerrein en dergelijke. Aan de hand van die wensen wordt het bedrag berekend, dat voor die gewenste ondernemersactiviteiten nodig is. Dit wordt vervolgens omgeslagen naar de gemeentelijke OZB-waarde (hetzij een voor iedere betrokken ondernemer gelijk bedrag, hetzij een ander bedrag in relatie tot de waarde zakelijk gebruik OZB).

Daarnaast moet een vereniging of stichting worden opgezet om de gelden die vanuit de gemeente binnenkomen te beheren en om uitvoering te geven aan de doelstellingen. Hierbij gaat het om de oprichting zelf, het zoeken naar bestuurders voor de stichting/vereniging en het vaststellen van structuren voor overleggen met ondernemers en gemeente.

Het voorbereiden van het gemeentelijk besluitvormingstraject behoort soms ook tot de opdracht aan ons bureau. Onze advisering, begeleiding en ondersteuning bij de totstandkoming van een lokale BI-zone zit er meestal op wanneer de stichting/vereniging er metterdaad staat, de besluitvorming is geregeld en het BIZ-beleid voor de eerste jaren is geformuleerd. Waarna er (lokaal en/of regionaal) uitvoering kan worden gegeven aan de gekozen BIZ-doelstellingen.

Meerwaarde van een voorlichtingsbijeenkomst over de BIZ-regeling

Een BIZ is zoals gezegd een fonds waarin alle ondernemers van een bepaald gebied een bijdrage doen die ten goede komt aan dat gebied. De organisatie en de voorwaarden zijn strak geformuleerd met het doel dat eenieder daar evenredig voordeel uithaalt. De meerwaarde van een BIZ is voor ondernemers dat zij samen hun doelstellingen met het gebied bereiken (of dat nu veiligheid, leefomgeving, ruimtelijke kwaliteit o.i.d. is) en dat alle in het gebied werkende ondernemers daaraan hun (financiële) bijdrage leveren. Voor de betrokken gemeente is een BIZ een gezamenlijk aanspreekpunt van ondernemers dat duidelijkheid en continuïteit voor het lokaal economische beleid schept.

In een voorlichtingssessie geven we praktische inkijkjes in de mogelijkheden en voorwaarden van een BIZ. Aan de hand van voorbeelden, ontleend aan onze praktijk, schilderen wij het meest wenselijke verloop van het invoeringsproces om te komen tot een BIZ. Daarnaast laten wij zien welke momenten in het proces cruciaal zijn en waar (mogelijk verraderlijke) adders onder het gras zitten. We willen graag benadrukken dat het invoeringsproces tot het opzetten van een BIZ een intensieve samenwerking van gemeente en ondernemers vergt. Ondernemers en lokale overheid hebben bij het opzetten van een BIZ soortgelijke belangen. En voor een succesvolle invoering van een BIZ zijn ondernemers en lokale overheid wederzijds afhankelijk van elkaar. Dit maken wij op een praktische manier duidelijk in zo’n BIZ-voorlichtingsbijeenkomst: zie onze nadere toelichting hierop bij onderdeel 35 van Algelun’s Archief op deze website.

Doorlooptijd: e.e.a. afhankelijk van de intensiteit van onze bemoeienis met de opzet van een BI-zone, variërend van minimaal drie maanden tot ongeveer zes maanden.
Wijze van honorering: meestal ‘’gewoon’’ uren maal tarief, een enkele keer fixed price, afhankelijk of een deelproduct (of bepaalde fase) goed valt af te ronden en alléén door ons in de hand kan worden gehouden.

____________
(*) Huidige stand van zaken n.a.v. de nieuwe Wet op de BedrijvenInvesteringsZones (wet op de BIZ):

Ontstaansgeschiedenis
Op 1 mei 2009 trad de Experimentenwet BI-zones in werking. Deze wet maakte het op experimentele basis mogelijk dat ondernemers gezamenlijk investeren in een veilige en aantrekkelijke bedrijfsomgeving, waaraan alle ondernemers meebetalen. Tot 1 januari 2012 hadden ondernemers en gemeenten de gelegenheid om van de mogelijkheden van de experimentenwet gebruik te maken en een nieuwe BIZ op te richten. De minister van EZ wil de experimentenwet permanent maken, zoals hij dat heeft voorgesteld aan de Tweede Kamer op 28 december 2012. Daartoe is op 15 juli 2013 een voorstel voor een Wet op de BedrijvenInvesteringsZones (BIZ) opgesteld, vergezeld met een Memorie van Toelichting (MvT) op de concept wettekst van 28 juni 2013.

BIZ-wetgeving aangenomen
De Wet op de BIZ is kort voor het zomerreces van de Tweede Kamer op 3 juli 2014 aangenomen. De Eerste Kamer heeft op 18 november 2014 het wetsvoorstel voor de vernieuwde BIZ als hamerstuk behandeld. Deze wet vervangt de Experimentenwet BIZ. Wanneer de nieuwe, definitieve wet ingaat wordt nog bekend gemaakt ‘’bij Koninklijk Besluit’’, zoals dat zo heet. Vermoedelijk is dat begin 2015.

Standpunt van MKB-Nederland en VNO-NCW over de amendementen
MKB-Nederland is en was actief betrokken bij de evaluatie van de Experimentenwet en de totstandkoming van de nieuwe wetgeving. MKB-Nederland hoopt dat met de permanente wetgeving voor de BIZ ook andere vormen van ondernemersfondsen (bijvoorbeeld de reclamebelasting en OZB-fondsen) in de geest van deze wet tot stand komen.

Afspraken gemeenten
MKB-Nederland en VNO-NCW kunnen zich vinden in het door de Tweede Kamer aangenomen amendement, dat de gemeenteraad en de BIZ-vereniging of -stichting eerst schriftelijke afspraken moeten maken over het minimale niveau van dienstverlening van de gemeente voor de periode waarvoor de BIZ-bijdrage wordt ingesteld of verlengd. Hiermee moet worden voorkomen dat ondernemers voorzieningen gaan uitvoeren die eigenlijk tot het takenpakket van gemeenten behoren. De ondernemersorganisaties, die altijd hebben gehamerd op duidelijkheid hierover, zijn tevreden met dit amendement.

Draagvlakmeting
In de wetsbehandeling zijn ook enkele andere amendementen aangenomen. Bijvoorbeeld: gedurende de looptijd van een BIZ moet het mogelijk zijn om een nieuwe draagvlakmeting uit te voeren. Dat kan al als 20 procent van de bijdrageplichtigen dit wenst. Daarmee is de drempel verlaagd. Indien een BIZ niet loopt, moet het mogelijk zijn deze tijdens de looptijd in te trekken. Volgens MKB-Nederland en VNO-NCW was het echter verstandiger geweest om de 30 procent, conform de Experimentenwet, juist te verhogen. Ten eerste omdat ondernemers zich al, tijdens de uitgebreide draagvlakmeting bij de totstandkoming van de BIZ, uitgebreid hebben kunnen laten informeren en uitspreken. En het brengt, ten tweede, onzekerheid met zich mee als het gaat om het doen van investeringen. Voortijdig beëindigen kan (financiële) gevolgen hebben voor zowel ondernemers als gemeenten waarschuwen MKB-Nederland en VNO-NCW. Zij wijzen op lopende contracten die door BIZ-verenigingen of - stichtingen zijn afgesloten.

«« (terug) naar Toelichting projectbeschrijvingen